Wat leuk! De VIDA telling, die het aantal Engelstalige recensentes en gerecenseerde boeken van schrijfsters telt, heeft een Nederlandse tak gekregen. De Lezeres des Vaderlands houdt al ruim drie maanden de m/v verhouding bij in acht literaire katernen. De meeste media laten schrijfsters opvallend vaak links liggen. Maar Nederland beschikt over één lichtpuntje: Dagblad Trouw. Alleen daar weet de redactie vrouwen gelijkwaardig aan het woord te laten.
Na veertien weken tellen constateert de Lezeres des Vaderlands dat het aandeel van de vrouwelijke stem blijft steken op gemiddeld 27%. De boekenbijlagen van onder andere NRC, Parool, Volkskrant, Groene Amsterdammer, De Morgen en De Standaard weten recensentes en schrijfsters nauwelijks te vinden. Regelmatig blijven de boekenkaternen verstoken van een vrouwelijk aandeel.
Komen vrouwen al aan bod, dan staan hun boeken verdacht vaak in de kleinere stukken en in de signalementen-rubriekjes. Dichteressen, kinderboekenschrijfsters en auteurs van erotica krijgen het snelst aandacht, signaleert de Lezeres des Vaderlands. Serieuze Literatuur komt van mannen – een beeld dat het Nederlandse onderwijssysteem overigens graag in stand houdt.
De Lezeres des Vaderlands maakt met haar tellingen een bekend patroon opnieuw zichtbaar. In 2012 turfde ik schrijfsters die aan bod kwamen in de boekenrubriek van de VPRO gids. Eindresultaat: in de nummers 1,2,3,4,5,6,7,9,10,11, 12, 13 en 14 bleef de teller steken op zeven schrijfsters op een totaal van 39 besproken boeken. Het hoofdportret van de rubriek, een langere reportage met een grote foto, betrof in tien van de twaalf gevallen het werk van de mannelijke auteurs.
Tijdschrift Opzij besteedde in 2013 aandacht aan de genderverhoudingen in boekenkaternen. Ook bij die steekproef bleef het aandeel vrouwen op 27% steken. Net als de Lezeres volgde Opzij kranten als NRC en De Volkskrant. We praten dus over een hardnekkige vorm van discriminatie, en redacties die hun leven niet beteren.
De Lezeres des Vaderlands besteedt, naast tellen en nagaan of schrijfsters in een klein of groot stuk aandacht krijgen, ook aandacht aan de teksten van de recensies. Uit die analyses blijkt dat de acht boekenkaternen (on)bewust seksistisch taalgebruik hanteren. Zoals de Groene Amsterdammer:
boeken zijn ‘mooi en jongensachtig’ geschreven en ‘jongensachtig proza’ is ‘zo levendig, vrolijk, energiek’, terwijl literatuur negatief wordt besproken met woorden als ‘keukenmeidencliché’s’. De ondertitel van het artikel impliceert bovendien dat de scholier van vandaag te vergelijken is met ‘een meisje dat niet kan aarden’.
Mannelijk = goed, vrouwelijk = minderwaardig. En dat anno 2016.
Waarschijnlijk laten redacteuren zich onbewust beïnvloeden door de inhoud van de door hen gelezen boeken. Uit een andere telling, namelijk van personages uit de 170 romans van de groslijst van de Libris Literatuurprijs 2013, blijkt dat mannen op allerlei manieren domineren. De groslijst bestaat voor tweederde uit romans van mannelijke auteurs. Vrouwelijke personages komen volstrekt eenzijdig in beeld. Ze zijn huisvrouw, studente of hoer. Daar kunnen wij lezeressen het mee doen in de Nederlandse literatuur. Dank jullie wel, mannelijke auteurs!
Maar dan Trouw. Hoe achterlijk andere redacties zich ook opstellen, Trouw haalt week na week schijnbaar moeiteloos een bijna gelijkwaardige m/v verhouding. Tot grote vreugde van de Lezeres des Vaderlands:
Gelukkig blijft Trouw – nomen est omen – deze week een rolmodel voor een goed huwelijk, met evenveel recensies door vrouwen als door mannen. Bij de auteurs van de besproken boeken is de verhouding 44% vrouw om 56% man: iets minder dan vorig week, maar vergeleken met andere kranten en tijdschriften nog steeds een zonnig resultaat.
Fijn ook dat er bij de signalementen eens meer boeken staan van vrouwen dan van mannen – dat kan dus gewoon, Volkskrantredacteuren!
Het reeds ingezette patroon zet stug door, wat betekent dat een gebrek aan vrouwen zich steeds helderder aftekent. Maar ook wordt steeds duidelijker dat er één bijlage is die positief uitsteekt boven het gortdroge maaiveld van mannen van middelbare leeftijd. […] Trouw komt keer op keer uit de bus als de boekenbijlage die het meeste aandacht aan vrouwen besteedt en vrouwen het meeste ruimte geeft voor kritische bijdragen. Daarom krijgt Trouw van mij deze week een Gouden Leesbril.
De andere redacties moeten zich schamen. Vrouwen schrijven, denken, publiceren. Als redacties dat werk negeren, schaden ze de kwaliteit van hun krant of tijdschrift, en schaden ze de belangen van hun lezers. Die mist dan namelijk goede boeken en interessante opinies. Hulde voor het goede voorbeeld van de Trouw-redactie, die wél begrijpt hoe het zit met kwaliteit en diversiteit.
Trollen hebben het gemunt op vrouwen en ‘afwijkende’ mannen
Blanke mannen komen het vaakst aan bod op de site van de Engelse krant The Guardian. Kijk je echter naar veelal anonieme commentaren op de stukken, dan ontstaat een opvallende verschuiving. De top tien van degenen die een bijdrage leverden aan de site die het minst werd lastiggevallen, bestaat volledig uit mannen. De top tien van mensen die het meest werden lastig gevallen, bestaat vooral uit 8 vrouwen en twee ‘zwarte’ mannen. Dat blijkt uit een analyse van circa 70 miljoen commentaren, die op de website van de krant verschenen sinds 2006.
Zoals zo vaak biedt zo’n berg gegevens, over een langere periode in kaart gebracht, bewijs van onbewuste vooroordelen en patronen. Eerder volgden onderzoekers bijvoorbeeld een aantal jaren de loopbanen van 20.000 medewerkers van een groot Canadees bedrijf. Uit die analyse bleek dat blanke mannen het soepelste doorstroomden naar de top. Vrouwen bleven hardnekkig vastkleven aan een plakkerige vloer.
Bij The Guardian kwamen blanke mannen ook terecht in een warm bad. Ze krijgen minder kritiek, en de kritiek gaat vaker over de inhoud. Vrouwen, veelal vrouwen met een gekleurde huid, en mannen met een gekleurde huid, konden het vaakst rekenen op seksueel agressieve reacties en doodsbedreigingen. Dit terwijl ze de minste artikelen schreven. Binnen die scheve situatie werden een paar andere interessante trends zichtbaar in het Guardian-onderzoek:
In een commentaar op de onderzoeksresultaten stelt feministe Jessica Valenti, eerste plek in de top tien van meest beledigde Guardian-auteurs, dat mensen digitale haat serieus moeten nemen:
Valenti classificeert dit type haat als intimidatie op het werk, die niet stopt als het werk gedaan is. Internet raast 24 uur per dag door, en de bedreigingen met seksueel geweld kunnen op ieder moment in je inbox rollen. Andere online journalisten, bloggers en feministen merken daarnaast dat online gebeurtenissen razendsnel doorwerken in het ”echte” leven. Wil een werkgever je aannemen, als je op internet zwartgemaakt wordt als een slet en een hoer? Kun je nog rustig een studie volgen, als je merkt dat de mensen die verkrachtingfantasieën over je publiceren, bij jou in de klas zitten? Dat soort dingen.
Onderzoeken zoals de Guardian die uitvoerde, zijn zeer waardevol. Kennis is immers macht… De feiten helpen zodoende mensen, tot nu toe vooral vrouwen, die proberen de online haat in te dammen of te voorkomen. Games-producente Zoë Quinn richtte bijvoorbeeld Crash Override op, om vrouwen die het doelwit van haat werden, te ondersteunen. Wetenschapster Michelle Ferrier wil hetzelfde bereiken met haar platform Troll Busters.
Vrouwen zijn mensen. We kunnen echt wel tegen een stootje. Maar bedreigingen en op de persoon gerichte seksuele agressie gaan veel en veel te ver.
BONUS – voor meer onderzoeken naar vrouwen en online haat: Dit onderzoek, waaruit blijkt dat anonieme trollen het vooral voorzien hebben op jonge vrouwelijke internetgebruikers. Of deze studie, over haat op Twitter. Een ander onderzoek analyseerde de situatie van vrouwen in India. Ook in dit land krijgen vrouwen veel meer online haat te verduren dan mannen. En leve John Oliver, die in een video online trollen perfect fileert.